Ollongren: ‘De bouw moet kunnen blijven bouwen’

Tijdens Prinsjesdag deed het kabinet de plannen voor de woningmarkt uit de doeken. Minister Kajsa Ollongren presenteerde een pakket aan maatregelen om woningbouw te versnellen en de bouwsector te ondersteunen. Gaan deze plannen ons uit de woningcrisis helpen? En hoe kan de bouw doorbouwen als er nog geen definitieve oplossing voor stikstof is?
Terugkijkend naar de afgelopen drie jaar was de opdracht steeds de woningcrisis het hoofd te bieden, vertelt Ollongren. De economie herstelde, de vraag naar woningen nam toe, de prijzen stegen. “Tijdens de vorige economische crisis is de bouw bijna stilgevallen. Gedurende deze kabinetsperiode zijn we met de inhaalslag begonnen. Maar we zijn er nog lang niet; er is nog steeds een opgave van 800.000-900.000 woningen voor de komende tien jaar.”
Uitvoering
Hoewel inmiddels de nodige woningdeals gesloten zijn, is dat in de uitvoering nog niet terug te zien. Ollongren bestrijdt dit: “In het eerste jaar hadden we becijferd dat we 75.000 woningen per jaar moesten bouwen. Dat is in 2018-2019 ook gehaald. Toen is de stikstofproblematiek erbij gekomen. Dat heeft de vergunningverlening belemmerd. Dat moeten we oplossen om te zorgen dat we meer en ambitieuzer kunnen bouwen. De vorig jaar aangekondigde 1 miljard woningbouwimpuls en 1 miljard voor woningbouwcorporaties worden nu omgezet in concrete plannen. Er komt bovendien 270 miljoen euro beschikbaar voor 51.000 extra woningen, juist in die gebieden waar de druk op de woningmarkt het grootst is.”
Een nationaal garantiefonds moet ervoor zorgen dat bouwplannen kunnen worden uitgevoerd. “Zolang de vraag voldoende is en mensen zich inschrijven voor bouwprojecten, is er geen garantie nodig. Maar stel dat bepaalde projecten kopers het laten afweten, dan wil je niet dat die projecten stilvallen en er een enorme bouwachterstand ontstaat. Daarom heb ik met de bouwsector en het kabinet afgesproken om alvast te werken aan een garantieregeling.”
Moet er een Rijksontwikkelbedrijf komen?
Het Rijk onderzoekt ook of er een Rijksontwikkelbedrijf moet komen dat zich bezig gaat houden met actief grondbeleid. “We hebben als Rijk via het Rijksvastgoedbedrijf bepaalde gronden in bezit. Het is logisch dat je ook als Rijk gaat nadenken over wat je daarmee gaat doen. Kunnen we misschien op die grond ook woningen realiseren? We gaan echt als speler meedoen aan het hele proces van woningbouwontwikkeling”, aldus Ollongren.
Critici zijn van mening dat de bouw niets heeft aan stimuleringsplannen als de stikstofproblematiek niet snel wordt aangepakt. Ollongren benadrukt dat al stappen zijn gezet: “Eerste stap was verlaging van de maximumsnelheid, zodat bepaalde woningbouwprojecten weer op konden starten. Collegaminister Schouten (Landbouw, red.) is bezig met sanering van de varkenshouderij. Een oplossing heeft tijd nodig, want het heeft ook te maken met wetgeving. Om de bouw op gang te krijgen, moeten we gaan zorgen voor een drempelwaarde of een partiële vrijstelling voor de bouw. Daar gaan we 100 miljoen per jaar voor reserveren. De bouw moet kunnen blijven bouwen.”
Ook bouw moet verduurzamen
GroenLinks komt met een wetsvoorstel waarin de partij onder andere stelt om een bouwproject met een lage tijdelijke stikstofuitstoot wel toe te staan. Ollongren is echter van mening dat, hoewel de stikstofuitstoot van de bouw relatief beperkt is, ook de bouwsector een bijdrage moet leveren aan minder stikstofuitstoot, minder CO2, minder fijnstof. “We moeten ons realiseren dat die stikstofneerslag in zijn totaliteit gewoon minder moet worden, dat die natuur moet herstellen en dat alle maatregelen die we nemen ook de bouw helpen.”
Meer weten?
Luister dan de uitzending van BNR Bouwmeesters van 5 oktober terug over Minister Ollongren licht haar woningmarktplannen toe of bekijk het overzicht van alle uitzendingen.