1. Home
  2. Tweedekamerverkiezingen

Tweede Kamerverkiezingen 2025

Waar zetten we op in voor de Tweede Kamerverkiezingen 2025? De rol van de landelijke politiek klinkt duidelijk door in actuele discussies over duurzaamheid, energie, woningbouw, bereikbaarheid, leefomgeving en vergunningen. Terwijl de Tweede Kamer en het kabinet besluiten moeten nemen die het fundament vormen voor de toekomst van ons land, zijn er ook mensen nodig die deze plannen daadwerkelijk realiseren. De bouw- en infrasector is daarin een onmisbare partner.

Onze inzet in hoofdlijnen

Alleen door samenwerking komen we verder en kunnen we ambities realiseren. Daarom is onze inbreng onder te verdelen in drie hoofdlijnen:

  • Ruimtelijke ordening
  • Verduurzaming en energietransitie
  • Onderwijs en arbeidsmarkt

Hieronder lees je een vijftal punten die we belangrijk vinden voor de Tweede Kamerverkiezingen 2025. Deze zijn ook te vinden in het manifest dat is aangeboden aan politieke partijen.

Samen doorbouwen aan voldoende huizen

  • Sturing op Ruimtelijke Ordening: Nederland staat voor grote uitdagingen op het gebied van woningbouw, ruimte voor ondernemers, mobiliteit, de energietransitie en versterking van de natuur via klimaatadaptatie, goed waterbeheer en stikstofreductie. Rijk, provincies en gemeenten hebben naast hun eigen bevoegdheden ook een sterke onderlinge afhankelijkheid bij de inrichting van ruimte. Gezien de opgave en de grensoverschrijdende vraagstukken moet er meer initiatief vanuit het Rijk komen. Het Rijk moet de leiding nemen door keuzes te maken en effectief gebruik te maken van bestaande instrumenten uit de Omgevingswet. Daarbij is het van belang dat provincies en gemeenten worden ondersteund met voldoende capaciteit en financiering.
  • Van aanbodgestuurd naar vraaggericht bouwen: ondanks alle politieke aandacht worden er structureel te weinig woningen bijgebouwd. Een van de oorzaken is de stapeling van eisen op het gebied van kwaliteit, locatie, grootte, typologie en prijssegment. Met alle goede bedoelingen is de woningbouw de afgelopen jaren door specifieke regelgeving zo ingeperkt dat er steeds minder vergunningen worden aangevraagd en afgegeven. Een individueel belang kan de bouw van honderden starterswoningen jarenlang vertragen. Het woningaanbod moet aansluiten op de regionale vraag, in plaats van centraal in percentages te worden vastgelegd. Uitgangspunt zou moeten zijn: het toevoegen van één nieuwbouwwoning leidt lokaal of regionaal tot vier verhuisbewegingen. Dus: stop met de aanbodgestuurde aanpak. Voor de korte termijn ligt er ruimte in een straatje of wijkje erbij, voor de lange termijn zijn nieuwe, grote locaties noodzakelijk.
  • Klimaatbewust bouwen: om de klimaatdoelstellingen te halen, CO₂-neutraliteit in 2050, is het van belang om ambitieuze doelen te stellen voor de woningbouw. Bouw- en energie-eisen moeten landelijk uniform zijn, in lijn met Europese regelgeving, en langjarige zekerheid bieden. Gemeenten moeten geen eigen aanvullende eisen of definities hanteren. Alleen dan kunnen bouw- en infrabedrijven blijven innoveren én investeren in verduurzaming.
  • Realistische plannen, binnen- en buitenstedelijk bouwen: bouwen is uitvoeren, dus moet duidelijk zijn wat waar gebouwd wordt. Goede monitoring van plancapaciteit is essentieel om obstakels vroeg te signaleren en knelpunten op te lossen. Toch ontbreekt het daaraan. Uit recent onderzoek blijkt dat meer dan 50% van de woningzoekenden behoefte heeft aan een grondgebonden woning. Er zijn evenwichtige plannen nodig voor zowel binnenstedelijke als buitenstedelijke locaties. Door het gebruik van de recent gelanceerde publiek-private monitor (PPM) verplicht te stellen, kunnen doelstellingen en realisatie beter gevolgd en bijgestuurd worden.

Samen doorbouwen aan bereikbaarheid

  • Veilige bruggen, tunnels, viaducten en sluizen: het overgrote deel van onze infrastructuur is in de jaren '60 en '70 aangelegd en is nu aan een grote onderhoudsbeurt toe. Nederland staat voor de grootste onderhoudsopgave ooit. Het merendeel van onze infrastructuur is aangelegd in de jaren '60 en '70 en is inmiddels dringend aan groot onderhoud toe. Tegelijk is het verkeer veel intensiever en zwaarder dan waarop de infrastructuur ooit is ontworpen. Er is structureel meer geld nodig dan nu beschikbaar is. De Algemene Rekenkamer berekende dat het tekort al is opgelopen tot €20 miljard. Zonder dit budget kunnen noodzakelijke projecten niet worden uitgevoerd.

  • Schoon water: Nederland dreigt eind 2027 niet te voldoen aan de doelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW). Dat kan leiden tot Europese boetes, maar ook tot problemen bij de vergunningverlening voor bouw- en infraprojecten en zelfs tot intrekking van bestaande vergunningen. De overheid moet risico's verkleinen door vervuiling beter bij de bron aan te pakken en lozingsvergunningen in lijn te brengen met de KRW. Daarnaast zijn extra middelen nodig om aan ecologische eisen te voldoen en technieken te ontwikkelen waarmee PFAS en microplastics uit (grond)water kunnen worden gefilterd.

Samen doorbouwen aan een duurzame toekomst

  • Circulair bouwen verankeren: de bouwsector is verantwoordelijk voor circa 50% van het grondstoffengebruik en afval in Nederland. Circulair bouwen draagt bij aan grondstoffenzekerheid, CO₂-reductie en duurzame economische groei. We pleiten voor duidelijke kaders en stimulansen, waaronder een nationale routekaart circulair bouwen 2030–2050.
  • Netcongestie aanpakken: het elektriciteitsnet zit vol. Door vertraagde netuitbreidingen dreigen woningbouwprojecten stil te vallen. Fysieke ruimte voor netinfrastructuur moet daarom vanaf de planvorming worden gereserveerd in omgevingsvisies en bestemmingsplannen. Zorg dat netcapaciteit wordt meegenomen in de woningbouwprogrammering. Versnel procedures en benut bestaande instrumenten. Introduceer een 'netbudget' als ontwerpcriterium én juridische basis voor gegarandeerde aansluiting.
  • Emissieloos bouwen en vervoeren: de verduurzaming van bouwmaterieel stagneert door knelpunten in beschikbaarheid, betaalbaarheid en laadinfrastructuur. Publieke opdrachtgevers vragen nog te weinig emissieloos aan. Het Rijk kan versnelling brengen door structureel en consistent opdrachten emissieloos uit te vragen, en provincies, gemeenten en andere opdrachtgevers daarin mee te nemen en meerkosten te dekken. Samenwerking met netbeheerders en marktpartijen aan standaardisatie van laadinfrastructuur is daarbij essentieel.

Samen doorbouwen aan sterke natuur

  • Stikstofreductie noodzakelijk: zonder effectief stikstofbeleid komt alles tot stilstand. We pleiten samen met andere maatschappelijke organisaties voor een reductie van 40% in 2030 ten opzichte van 2019. Dit is nodig voor natuurherstel én ruimte voor nieuwe projecten.

    Daarvoor is een juridisch houdbaar vergunningsstelsel nodig met bindende emissiedoelen per sector. Maak reductie niet langer vrijblijvend. Stel per sector plafonds op, gebaseerd op best beschikbare technieken.

    Pak de gebiedsgerichte aanpak voortvarend op, in het verlengde van het Nationaal Programma Landelijk Gebied, met ondersteuning via grondbanken, kavelruil en nieuwe verdienmodellen, zoals biobased bouwmaterialen. Rond het Natuurnetwerk Nederland af en versterk natuurinclusieve landbouw.

    Overheden moeten ook zelf kunnen leveren. Provincies en gemeenten hebben extra uitvoeringskracht nodig voor gebiedsprocessen.

Samen doorbouwen aan de toekomstige arbeidsmarkt

  • Meer techniekonderwijs: techniek en digitalisering worden steeds belangrijker. Door kinderen al op jonge leeftijd met techniek in aanraking te brengen, groeit de kans op instroom in technische opleidingen. Investeer daarom extra in techniekonderwijs in het primair en voortgezet onderwijs.

  • Goed werkgeverschap: flexibiliteit is nodig in de conjunctuurgevoelige bouwsector. De afgelopen jaren zijn maatregelen genomen die tot doel hebben de positie van flexibele arbeidskrachten te verbeteren en schijnzelfstandigheid terug te dringen. Naast deze 'flex minder flex'-maatregelen zouden volgens Commissie Borstlap ook maatregelen worden genomen die 'vast minder vast' zouden maken zodat werkgevers sneller en beter kunnen inspelen op de noden. Dit gebeurt nog te weinig. Als de periode van loondoorbetaling bij ziekte naar maximaal een jaar wordt teruggebracht, zal dat ervoor zorgen dat bedrijven minder huiverig zijn om personeel aan te nemen. Zeker voor het mkb in de bouw- en infrasector zal dit stimulerend werken.

Een stevig fundament voor Nederland

In Nederland lopen woningbouw en infrastructuur vast door lange procedures, trage vergunningverlening, complexe regels en onvoorspelbaar beleid. Terwijl gezinnen, studenten, ondernemers en bouwbedrijven dringend behoefte hebben aan ruimte en vooruitgang, wordt de sector geremd door een tekort aan ambtenaren, oplopende kosten en het uitblijven van duidelijk stikstofbeleid. Er is behoefte aan één nationale bouwopgave waarbij natuur, woningen, infrastructuur en energievoorziening in samenhang worden aangepakt. Dit vraagt om een langetermijnvisie op ruimtelijke ordening, landelijke normen voor duurzaam bouwen, meer capaciteit bij vergunningverlening en duidelijke doelen voor stikstofreductie en natuurherstel. We roepen op tot actie en biedt hiervoor concrete voorstellen.

Arno Visser
Voorzitter

Contact met onze belangenbehartiger?

Ruben Heezen is onze manager beleid & public affairs. Je kan hem via dit e-mailadres mailen of bellen op 06-21554822. Je kan ook contact opnemen met onze directeur belangenbehartiging Jelmer Alberts via dit e-mailadres of 06-51769850.

Persvragen of -verzoeken?

Ben je van de media en heb je een persverzoek of -vraag? Neem dan contact op woordvoerder Daphne Warnar via dit e-mailadres of op 06-11715258.

Werkbezoek aanvragen

Wij laten je graag zien hoe de bouw en infra doorbouwt aan Nederland. Ben jij (kandidaat-)Kamerlid en wil je een bouw- of infraproject bezoeken? Vraag via onderstaande knop een werkbezoek aan. We nemen dan zo snel mogelijk contact met je op.