Roep om landelijke uitzondering zorgt voor meer onzekerheid ZE-zones

Veertien gemeenten hebben aangegeven wèl door te gaan met de plannen en de meest vervuilende bedrijfsauto's per 1 januari uit de binnenstad te weren. Aangezien veel ondernemers zich hier al jaren op voorbereiden en de sector is gebaat bij duidelijk en betrouwbaar beleid, ondersteunen we de oproep van deze gemeenten.

Last-minute uitstel zorgt voor onrust

Veel ondernemers hebben fiks geïnvesteerd in het emissieloos maken van hun wagenpark. Bouw- en infrabedrijven bereiden zich hier al jaren op voor, het gesprek over de invoering van de zero-emissiezones loopt namelijk al bijna tien jaar. Zero-emissiezones stimuleren schoner en stiller werken, leiden tot verbetering van de luchtkwaliteit en een daling van de CO2-uitstoot. Al die dingen zijn op termijn geen luxe maar pure noodzaak. Daarnaast is er het volle besef dat deze transitie met elkaar doormaken al ingewikkeld genoeg is, ook als je kijkt naar de benodigde laadinfrastructuur. Door de afspraken ter discussie te stellen is onduidelijkheid ontstaan voor de sector, die toch al voor veel uitdagingen staat. 

Onderzoek zero-emissiezones

Uit onderzoek dat we door EVConsult lieten uitvoeren naar de implementatie van ZE-zones blijkt dat gemeenten behoefte hebben aan uniform, landelijk beleid. De uitzondering die nu op tafel ligt bemoeilijkt dit nog verder. Hoe meer gemeenten hun eigen regels en uitzonderingen bepalen, hoe oneerlijker het speelveld voor ondernemers wordt. Dit voorstel benadeelt ondernemers die voortvarend aan de slag waren gegaan met vergroening van hun wagenpark op die manier dubbel.

Een eventuele landelijke uitzondering voor ondernemers tot 2029 zou een voorbeeld zijn van onberekenbaar overheidsbeleid, dat ondernemers met onzekerheid opzadelt en wantrouwen in de hand speelt. Daarom is het van belang dat wordt vastgehouden aan het genomen besluit vanaf 1 januari in veel gemeenten vervuilende bussen en vrachtwagens te weren.