Vier bijeenkomsten contactgroep personeel met vier belangrijke boodschappen
Donderdag 27 november 2025
Wist je dat werknemers zelf hun pensioenpremie moeten betalen bij onbetaald verlof als het nieuwe pensioenstelsel van bpfBouw ingaat op 1 januari 2026? Het is een van de belangrijke inzichten die tijdens de vier regionale personeelsbijeenkomsten in regio Zuid centraal stonden. In Zeeland, Brabant (Mid-West en Oost) en Limburg kwamen HR-professionals, directeur-eigenaren en partners samen om bijgepraat te worden over actuele ontwikkelingen in personeel en organisatie.
De bijeenkomsten hadden een praktisch karakter met een inhoud die was verdeeld over drie thema's. Wat moet je als werkgever doen? Wat moet je laten en wat mag je nooit meer vergeten? Daarna werd de bijeenkomst afgesloten met een beeld van de huidige situatie op de arbeidsmarkt.
Doen: bereid je werknemers voor op het nieuwe pensioenstelsel van bpfBouw
Remco Visser van pensioenfonds bpfBouw gaf een duidelijke toelichting op de laatste stappen richting de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel op 1 januari 2026. Een belangrijk aandachtspunt is dat medewerkers die onbetaald verlof opnemen, bijvoorbeeld voor een sabbatical of betaald ouderschapsverlof, zelf hun pensioenpremie moeten gaan betalen. Werknemers moeten actief aangeven of zij dat willen. Standaard wordt namelijk aangenomen dat de pensioenopbouw en dus de premieafdracht tijdens de eerste 18 maanden verlof gewoon worden voortgezet, behalve als de werkgever expliciet aangeeft dat niet te willen. Werkgevers moeten hier tijdig over in gesprek gaan met de werknemer, zodat niemand onverwacht zonder pensioenopbouw komt te zitten of een maandelijkse afdracht moet doen waar hij of zij niet op had gerekend.
Laten: ongelijke beloning tussen eigen personeel en uitzendkrachten
Yvonne van Zijl, adviseur sociale zaken in regio Zuid, presenteerde het volgende onderwerp: de nieuwe cao voor uitzendkrachten. Haar boodschap was dat werkgevers het moeten laten om eigen medewerkers en uitzendkrachten ongelijk te belonen bij gelijkaardig werk. De loonpositie moet gelijk of gelijkwaardig zijn, een lijn die in de nieuwe cao verder wordt aangescherpt.
Dit sluit aan op de aanstaande Wet Meer zekerheid flexwerkers, die deze tijdelijke collega's meer stabiliteit en bescherming moet bieden. Tijdens de bijeenkomsten werd besproken wat bedrijven nu al moeten regelen en hoe zij dit praktisch kunnen inrichten met hun uitzendbureaus.
Nooit meer vergeten: het imago van de bouw is sterker dan ooit
Van Zijl presenteerde ook de uitkomsten van ons recente imago-onderzoek. "Het brede publiek beoordeelt de bouw- en infrasector steeds positiever. Het belang voor de Nederlandse samenleving én voor de economie wordt breed erkend. Bovendien is de bereidheid om in de sector te werken toegenomen", vertelde zij de aanwezigen. Voor bedrijven biedt dit waardevolle kansen in arbeidsmarktcommunicatie: het versterkte imago kan helpen om nieuwe medewerkers aan te trekken én bestaande medewerkers trots te houden.
Trends op de arbeidsmarkt: meer doen met minder mensen
De bijeenkomst werd afgesloten met een presentatie over de trends op de arbeidsmarkt. Daar blijven de uitdagingen groot: er is veel werk op een krappe arbeidsmarkt, de werkgelegenheid in de flexibele schil groeit en er ontstaat steeds meer concurrentie om zij-instromers aan te trekken. Binnen de grond, weg- en waterbouw (gww) stagneert de inloop van personeel, mogelijk te wijten aan de lage instroom in de gww-opleidingen. De arbeidsproductiviteit moet omhoog en bedrijven moeten stevig inzetten op behoud, ontwikkeling en slimme inzet van personeel.
De deelnemers aan de bijeenkomsten gingen naar huis met concrete handvatten. Met 110 deelnemers in vier bijeenkomsten was het een waardevolle en goed bezochte reeks, waarin kennisdelen en praktijkgericht advies centraal stonden.
