Monitor Bouwketen: Vooruitzichten positief ondanks verschil in orderportefeuilles per deelsector
Donderdag 19 december 2024
Het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) onderzoekt twee keer per jaar de stand van de conjunctuur in de bouw. De resultaten over de tweede helft van 2024 zijn gemengd, maar overwegend positief.
Twee keer per jaar publiceert het EIB gegevens over de stand van de economie binnen de bouwsector. Hiervoor doet zij een peiling bij de vier grote schakels van de keten: de architectenbureaus, ingenieursbureaus, bouwbedrijven en installatiebureaus.
Algemene economische ontwikkelingen
De bouwnijverheidssector kende in het derde kwartaal van 2024 een groei van 0,6% ten opzichte van het tweede kwartaal. Dit percentage is in lijn met de cijfers voor de Nederlandse economie als geheel, waarvoor het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) een groei van 0,8% rapporteerde.
Er werken in totaal ongeveer 513 duizend mensen in de sector in het derde kwartaal van 2024. Ten opzichte van het voorjaar is dat een lichte stijging. De vacaturegraad is gelijk gebleven en bedraagt ongeveer 72 vacatures per duizend banen. Er zijn iets meer lopende WW-uitkeringen in het derde kwartaal van 2024 dan een jaar geleden. In het derde kwartaal van 2024 waren er 2.594 lopende WW-uitkeringen. Dit waren er een jaar eerder ongeveer 100 minder.
Voor bijna alle schakels laat de ontwikkeling van de omzet sinds begin 2024 een stijgende lijn zien. Alleen de installatiebedrijven wijken af. Zij rapporteerden een sterke omzetgroei in de eerste helft, maar vertonen in het derde kwartaal een daling. De sterkste stijging wordt waargenomen bij de architectenbureaus.
Ordervoorraad en verwachtingen in de keten
De ontwikkeling van ordervoorraden verschilt door de keten heen. Ingenieursbureaus en installatiebedrijven rapporteerden een kleine daling, architectenbureaus bleven gelijk en bouwbedrijven zagen een toename in de ordervoorraad. Ondanks de lichte daling zijn de verwachtingen van de ketenschakels over het algemeen positief. Per saldo verwacht 19% dat de omzet in het vierde kwartaal van 2024 (sterk) zal toenemen.
Ook over het personeelsbestand zijn de verwachtingen hoofdzakelijk dat er groei aanstaande is. Per saldo verwacht 41% van de respondenten dat het personeelsbestand zal toenemen. Dit is 4% meer dan in het voorjaar. Vooral installatiebedrijven verwachten een sterke groei in hun personeelsbestand.
Ontwikkelingen per schakel
Conclusies
Over het algemeen zijn er geen grote uitschieters in de meting, met uitzondering van de installatiebedrijven. Zij laten de grootste daling zien in de ordervoorraad, maar hebben toch de stellige verwachting dat de omzet en het personeelsbestand zullen groeien. De volledige rapportage van de Monitor Bouwketen Najaar 2024 biedt een gedetailleerde analyse van deze ontwikkelingen en is beschikbaar via het EIB.
Bekijk hier de Monitor bouwketen najaar 2024.
Gerelateerd nieuws
In de infrasector staat gemiddeld 25% van de gerealiseerde omzet open aan vorderingen. De tijd tussen het moment dat de kosten worden gemaakt en de ondernemer deze betaald krijgt, legt een fors beslag op de liquiditeit. En daarmee wordt het ook een rem op investeringen en de snelheid van betalen aan de ketenpartners. De alternatieve betalingsregeling biedt hiervoor een oplossing. Logisch dus dat hier veel animo voor is.
De raadplegingen voor een herziening van de Europese Aanbestedingsrichtlijn zijn begonnen. De Europese Commissie geeft zelf al een schot voor de boeg met haar beleid om de administratieve lasten voor bedrijven en overheden fors te verlagen. Op het Aanbestedingscongres 2025, waar ruim 70 publieke opdrachtgevers en ondernemers bijeen kwamen, klonk duidelijk door dat daar grote behoefte aan is.
De krapte op de arbeidsmarkt is groot. Er moet efficiënter worden gewerkt en dat vraagt om een andere samenstelling van opdrachten. Het Rijksvastgoedbedrijf heeft een nieuw soort contract in voorbereiding: het geïntegreerd instandhoudingscontract (GIC). Al het onderhoud dat in een vastgoedcomplex moet plaatsvinden wordt ondergebracht in een enkel contract bij een enkele marktpartij.