'Dynamisch op weg' maakt jongeren arbeidsfit

Een jaar proberen en kijken waar het schip strandt; dat was de insteek bij de start van 'Dynamisch op weg'. Anderhalf jaar later is de conclusie helder, deze aanpak om jongeren met een afstand tot de arbeidsmarkt aan het werk te helpen is een succesverhaal. Als het aan 'Dynamisch op weg' ligt, is dat verhaal nog lang niet uit.
"Een verloren generatie", zegt Johan Middelkamp, directeur van Sallandse Wegenbouw. Hij heeft het over die honderdduizenden jongeren die thuis zitten; al dan niet met een uitkering, al dan niet met een rugzakje vol problemen maar allemaal met een enorme afstand tot de arbeidsmarkt. Er zijn systemen voor bedacht om ze aan het werk te krijgen. Bij elk infraproject voor de overheid bijvoorbeeld moet twee tot vijf procent van het personeel dat aan het project werkt, bestaan uit mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Middelkamp noemt het een draaideursysteem. "Als het project klaar is dan staan die mensen meteen weer buiten. Dat vind ik geen duurzame invulling." Middelkamp vindt dat bedrijven de maatschappelijke verplichting hebben om wél op een duurzame manier iets aan het probleem te doen. "Het zal je kind maar wezen dat thuis op de bank zit en waar de wereld niet naar om kijkt."
Weinig regels, veel resultaat
Met overheidspartijen kwam Middelkamp er niet uit, maar wel met Hans Bonten van maatschappelijk dienstverlener De Kern en Johannes ter Horst van ROC van Twente. Gezamenlijk bedachten ze 'Dynamisch op weg', een eenvoudig concept met zo min mogelijk regels en zo veel mogelijk resultaat. Jongeren die iets willen maken van hun leven zijn welkom om mee te doen. "Je moet niets, alleen van goede wil zijn", zegt Henk Wennenhoven. Hij is namens De Kern projectleider van 'Dynamisch op weg' en zorgt er onder meer voor dat jongeren van het project weten en willen meedoen. Het ROC heeft studenten in opleiding tot jobcoach die de jongeren begeleiden en ze helpen met eventuele problemen die ze in hun 'rugzak' meedragen. Sallandse Wegenbouw zorgt dat er genoeg werk is voor de deelnemers.
Zelf verdienen
"Voorop gesteld, we zijn géén sociale werkplaats", zegt Middelkamp. "We zijn een infrabedrijf en de jongeren die hier komen draaien er gewoon in mee." Op de werkplaats doen ze allerlei onderhoudsklussen. Onbetaald weliswaar, want het is een scholingstraject. De beloning zit hem er in dat ze, als ze zich goed inzetten, een vaste baan kunnen verdienen. "We kijken waar ze goed in zijn en of we ze 'arbeidsfit' kunnen maken, zoals we dat noemen. We leren ze regels die bij werken horen, 's morgens op tijd te komen, je netjes afmelden. Dat je het niet kunt maken om niet te komen omdat anderen op je rekenen. Kortom, we leren ze dus dat ze er toe doen."
Keuzevrijheid
Als dat werkleertraject bij Sallandse Wegenbouw goed gaat, dan kan zo'n jongere de infra-opleiding doen. Een baan is dan gegarandeerd, hetzij bij de Sallandse, hetzij bij een van de 35 andere leerbedrijven die bij InfraVak in Holten zijn aangesloten. Werk in de infra is niet het uiteindelijke doel van 'Dynamisch op weg'. Jongeren die liever in bijvoorbeeld de horeca aan de slag gaan, worden die richting op geholpen. "Het gaat niet om de infra maar om de jongere. Die moet niet gaan doen wat wij leuk vinden maar wat hij of zij leuk vindt. Onze insteek is dat je moet doen waar je plezier in hebt want daar ben je het beste in."
Dit kan groter
Van de 31 jongeren die zich sinds maart 2019 in Haarle bij de Sallandse Wegenbouw hebben gemeld, hebben er inmiddels liefst 24 een baan, drie daarvan in de infra. De formule werkt dus fantastisch. Enige manco is dat Middelkamp maar vijf of zes 'Dynamisch op weg'ers' tegelijk kwijt kan binnen zijn bedrijf. Er moeten dus meer bedrijven meedoen, daarom wordt er hard aan gewerkt om het verhaal van 'Dynamisch op weg' bekender te maken. "We merken dat veel bedrijven, ook uit andere sectoren dan de infra, enthousiast zijn en er wel oren naar hebben om dit concept te kopiëren." Middelkamp vindt dat uiteraard mooi om te zien. "Als je vijf man personeel hebt, ligt het natuurlijk allemaal wat ingewikkelder maar grotere bedrijven zoals wij kunnen hier best wel wat tijd en energie aan besteden. Als je een inclusieve wereld wilt, dan moet je daar ook wat aan doen."