• Home
  • Actueel
  • Nieuws
  • Innovaties in de infra: verbeter de wereld en begin bij een weg

Innovaties in de infra: verbeter de wereld en begin bij een weg

Afbeelding Innovaties in de infra: verbeter de wereld en begin bij een weg
maandag 9 november 2020

Welke innovaties kan de sector juist nu goed gebruiken om de infra impact te geven? Het Bouw Idee Café van 5 november 2020 besprak dit onderwerp met vakmensen uit de praktijk van Heijmans Infra, Schagen Infra, PlasticRoad en Provincie Noord-Holland. Tegen welke uitdagingen en kansen kijken zij aan?

Het klimaat verandert, maar onze ruimte is daar nog niet op ingericht. Dat leidt tot droogte en hittestress, maar ook steeds vaker tot wateroverlast. De 139.294 kilometer weg (CBS) die we op een landoppervlakte van 33.883 km2 hebben weten te leggen, draagt daar aan bij: beton en asfalt absorberen 60% tot 95% van het zonlicht, wat tot hogere oppervlakte- en luchttemperaturen in de steden leidt. Ze hinderen ook het opnemen van regenwater in de ondergrond: het recept voor wateroverlast. Gelukkig zijn er ook wegen (en wegenbouwers) die het beter doen. Die hun infrastructurele oplossing zien als een kans om een positieve bijdrage te leveren aan de natuur, de klimaatdoelen en het welzijn van de gebruikers van een omgeving. Infra met impact dus. Ad Tissink van Cobouw sprak daarover in het Bouw Idee Café met Anne Koudstaal (PlasticRoad), Marc Coolen (Heijmans Infra, onder meer Klimaflex), Robert de Jager (Provincie Noord-Holland) en Ronald Diele (Schagen Infra, onder meer Noxite).

Innovatie die rekening houdt met circulariteit en klimaatverandering is zeer belangrijk - Maxime Verhagen

Stadse problemen

Door de klimaatverandering neemt het aantal dagen met extreem hoge temperaturen toe. In de stad kan het tijdens die hitteperioden tot wel tien graden warmer zijn dan op het platteland: het zogenaamde "hitte-eiland effect". Wijken met veel verharding en weinig groen worden het heetst. De materialen van het stedelijk gebied reflecteren namelijk minder en absorberen tot wel 95% zonlicht. De hittestress die dit veroorzaakt, heeft negatieve gevolgen voor de gezondheid en het welbevinden van bewoners in de stedelijke omgeving. Ook frequentere stortbuien zorgen voor problemen.

Twee van de aanwezigen hebben met hun infra-oplossing een (deel van de) oplossing, zoals Anne Koudstaal met zijn PlasticRoad. Dat is een weg van gerecycled plastic met een bouwtijd van dagen in plaats van maanden die bovendien circa drie keer langer meegaat, minder onderhoud vergt en het kabel- en leidingenprobleem én het stedelijke waterprobleem in één keer oplost. "Door met dit materiaal te werken bespaar je fundatie en een groot deel van het zandbed. Het is heel erg licht; met zijn 48 kilo per vierkante meter is de PlasticRoad de lichtste weg ter wereld. Bovendien is het circulair en dus steeds opnieuw te gebruiken, een soort LEGO voor volwassenen."

Snel naar de markt

Dit lijkt misschien een scenario voor de verre toekomst, maar niets is minder waar. PlasticRoad heeft zich bewezen in pilots in Zwolle en Giethoorn en kan vanaf 2021 op industriële schaal geproduceerd worden. De mening over dit onderwerp werd gepeild bij de kijkers van het Bouw Idee Café met als stelling: 'Innovators willen sneller dan de overheid nieuwe innovaties implementeren'. Van de kijkers is 77% het hier mee eens, en antwoordt dat innovaties zo snel mogelijk de markt in moeten. Anne merkt op dat snelheid geboden is, maar veiligheid beslist ook. Je moet eerst zeker weten dat het veilig is, voor je verder kunt ontwikkelen. Robert de Jager, programmamanager duurzame infrastructuur bij de provincie Noord-Holland (en dus opdrachtgever) is het helemaal eens met Koudstaal. "Veiligheid is minstens zo belangrijk als snelheid. Regels zijn er niet zomaar." De Jager: "De provincie Noord-Holland zoekt innovaties die een middenweg zijn tussen duurzaamheid en voorspelbaarheid". Bovendien is opschalen veel minder eenvoudig dan je zou denken. PlasticRoad is gestart in 2013. De proefstraten in Overijssel liggen er sinds 2018 en pas in 2021 wordt het project uitgerold. Daar is dus veel geld mee gemoeid. Provincie en gemeentes betalen daarom deels mee. "Alles bij de markt leggen is niet op te brengen, zegt De Jager."

Asfalt als wapen tegen verdroging en hittestress

Ook Ronald Diele levert met Schagen Infra een bijdrage aan het verminderen van hittestress: White Topping. Het bedrijf vervangt de asfaltdeklaag door een dunne laag beton, gemengd met kunststof vezels, die het beton extra sterk maken. Zo worden grondstoffen bespaard en door de lichtere kleur reflecteert de weg wat meer zonlicht. Zo ook Klimaflex, een product van Heijmans Infra. Klimaflex houdt het water langer vast in het asfaltpakket, wat een verkoelend effect op de omgeving heeft. Het waterbergend vermogen zit zowel in het asfalt als in de fundering. Beiden hebben een hoog percentage holle ruimte, waardoor regenwater via het asfalt en het puinpakket langzamer de ondergrond instroomt. Zo voorkomt Klimaflex verdroging en zorgt het voor een lagere oppervlaktemperatuur. Marc Coolen: "Klimaflex lijkt op zoab, maar bevat veel meer bitumen en vezelversterkers, waardoor het, in tegenstelling tot zoab, geschikt is voor druk verkeer en binnenstedelijk gebruik." Doel van Klimaflex is om de binnenstedelijke temperatuur minstens twee graden te laten dalen, maar gehoopt wordt op het dubbele. De komende twee jaar wordt de weg getest, waarbij tevens wordt gekeken wat het drainerend effect is. Heijmans legde voor dit doel een teststuk aan in Breda. Aangepast asfalt lijkt een belangrijke innovatie in het voorkomen van hittestress en verdroging, maar Coolen onderstreept dat huishoudens ook een steentje kunnen bijdragen door tuinen minder te verstenen, waardoor water langer vastgehouden wordt op de plek waar het thuishoort.

Provincie als proeftuin

Is het zinvol om proeftuinen aan te leggen waarin regelgeving even opzij gezet kan worden zodat je meer vrijheid krijgt om iets uit te proberen? Maxime Verhagen ziet de voordelen van vrijheid, maar stelt dat er soms meer nodig is dan een proeftuin. Dat is een probleem: "De wet die minister Schouten heeft ingediend laat wel mogelijkheden voor de aanlegfase, maar niet voor de gebruiksfase en dan kun je nog steeds niet testen met verkeer."

Robert de Jager noemt in dat kader de Bio Based proeftuin bij het Amsterdamse Bos. Daarin ligt, de naam zegt het al, de nadruk op natuur. Zo wordt er geëxperimenteerd met bamboe verkeersborden. Maar er wordt ook getest met epoxyasfalt. "Epoxy staat niet direct bekend om zijn milieuvriendelijkheid, maar heeft wel veel andere voordelen. Het gaat tot vijf keer langer mee, waardoor er minder, hinderlijk, onderhoud nodig is en dus ook goedkoper." Het testen van dergelijke projecten noemt De Jager 'De Gouden Driehoek'. De opdrachtgever vraagt, de opdrachtnemer legt aan en een onafhankelijk kennisinstituut monitort. In verduurzaming ziet hij een belangrijke rol voor de provincie in het creëren van de voorwaarden, zoals een langere contractduur waardoor het ontwikkelen van nieuwe oplossingen rendabeler wordt. De provincie werkt samen met partners aan het verduurzamen van de eigen wegen, kanalen, bruggen, viaducten, bermen en oevers. Noord-Holland kan inmiddels bogen op een indrukwekkend aantal projecten, variërend van de opwekking van zonne-energie langs de N205, de energieneutrale en circulaire Cruquiusbrug, Solaroad en een proef met zonnecellen op de vangrail langs de N194 tot 3D fietsbruggen en de toepassing van zelf herstellend biobeton.

Wondermiddel

Nog niet op het cv van de provincie: Noxite. De innovatie van Schagen Infra is een oppervlaktebehandeling met een unieke steenslag, die ontwikkeld is als dakbedekking. Het Noxite-granulaat bevat titaniumdioxide dat het schadelijke stikstofoxide (NOx) in de lucht omzet in een nitriet en nitraat dat door regen wordt weggespoeld. Per vierkante meter Noxite-slijtlaag wordt zo elk jaar 1.800m³ lucht gezuiverd. Tissink: "Titaniumdioxide lijkt wel een wondermiddel". Diele: "TNO heeft onderzoek verricht, het wordt nu ook internationaal onderzocht". Op een dak kunnen meer gecoate steentjes worden aangebracht dan op een weg, maar "gelukkig zijn er meer vierkante meters weg beschikbaar dan daken". Noxite is 2,5 jaar geleden voor het eerst getest, net voor de stikstofcrisis losbarstte dus. Vorig jaar is het bedrijf op zoek gegaan naar opdrachtgevers, maar ze staan gek genoeg niet in de rij. Diele heeft een verklaring: "Je kunt niet zien hoe het werkt, ik kan het alleen onderbouwen met rapporten". Maxime Verhagen denkt mee: "Als je aantoont dat er in het gebruik geen NOx neerslaat in natuurgebieden, dan kan dit een enorme oplossing zijn. Al moet je wel kijken naar de totale gebruiksfase. Je moet natuurlijk zeker weten dat je aan gewone eisen voor wegen aan voldoet". Daarvoor is meer nodig dan de 900 meter Noxite die Schagen Infra nu heeft liggen. Diele: "Dan moet je dus wel een wegbeheerder vinden die een substantieel proefvak beschikbaar wil stellen. De bal ligt dus bij de overheid. Wie komt het ten bate en wie is er bereid voor te betalen?"

Meer mogelijk met infrastructuur

Verhagen wil weten wat de bouw- en infrasector anders of beter moet doen om de overheid te laten investeren?" Volgens Coolen ligt de oplossing in het beter vertellen van het verhaal. Dielen pleit voor meer ambitie vanuit de overheid, net als De Jager: "Meer uitdagen in aanbestedingen en niet altijd voor de laagste prijs gaan". Advies aan alle partijen in de keten: "richt op tijd een bouwteam in, deel kennis, spreek je ambities uit". Verhagen vat de discussie en de uitzending treffend samen: "Het mag duidelijk zijn hoe innovatief we kunnen zijn. Met elkaar scheppen we het klimaat waarin innovaties ook daadwerkelijk gaan bijdragen aan het oplossen van de problemen waar we nu voor staan". Aan de slag!

Kathelijne Koster directeur bedrijfsvoering