• Home
  • Actueel
  • Nieuws
  • Noord-Hollandse bouwers positief kritisch over ‘Overal straatje erbij’

Noord-Hollandse bouwers positief kritisch over ‘Overal straatje erbij’

Projectbord nieuwbouw
maandag 19 december 2022

In de media zijn er veel positieve reacties op het recente EIB-rapport ‘Kleine groene woonlocaties’. Maar wat vinden de woningbouwers er zelf van? Tijdens een speciale Bouwtafel-bijeenkomst op 15 december gaven de bedrijven aan positief te zijn, maar wel de nodige vraagtekens bij de haalbaarheid te plaatsen.

Zo’n twintig grote en middelgrote woningbouwers waren woensdag 15 december naar Van der Valk Akersloot gekomen om over het onlangs verschenen EIB-rapport te praten. ‘Kleine groene woonlocaties: het belang van kleinschalige woningbouwlocaties in het groen voor het woningbouwbeleid’ heet de studie. De Telegraaf heeft dat weten te versimpelen naar ‘Overal een straatje erbij bouwen’. Want dat is waar het zo’n beetje op neer komt; een klein aantal woningen bouwen op kleine locaties aan de randen van steden en dorpen. Met de provincie Noord-Holland als uitgangspunt, zocht EIB uit wat dat oplevert. Uiteraard werden daar wel wat restricties bij gehanteerd. Zo moet het gaan om groene locaties met agrarische functies (géén natuurgebieden dus), moet het dichtbij bestaande bebouwing zijn, passen in het landschap en goed aansluiten op de vraag. De uitkomst: 74.000 woningen.

Weinig vierkante meters, veel voordelen

Goed nieuws dus voor de bouwers? Inderdaad waren er veel positieve reacties tijdens de bijeenkomst van 15 december. Naast de al aangewezen binnenstedelijke locaties en de aangewezen locaties die buiten de grootstedelijke bebouwing liggen, zou dit een heel welkome aanvulling kunnen zijn om de woningbouwopgave te realiseren En het lijkt de bedrijven ook een richting die, zeker voor de kleinere plaatsen, een enorme meerwaarde voor de sociale cohesie kan hebben. Meer woningen betekent immers dat jongeren niet meer hoeven wegtrekken maar in de buurt van hun familie kunnen wonen. En meer inwoners heeft weer een positief effect op het behoud of de toename van voorzieningen als bibliotheken, winkels, scholen, zorg. Dorpen en steden kunnen dus aanzienlijk versterkt worden, en dat met een beperkt ruimtebeslag.
Maar de bedrijven toonden zich ook kritisch. "Hoe realistisch is dit cijfer? Is er bijvoorbeeld gekeken van wie die beoogde locaties zijn? En is er gekeken naar lokale belemmeringen?". Vragen die EIB niet met een volmondig ‘Ja’ kon beantwoorden. Ongetwijfeld valt een aantal locaties af, maar een op veel plaatsen is kleinschalige woningbouw wel mogelijk.

Stroeve procedures

Grootste zorg bij de bedrijven zit hem echter in het tempo waarmee woningbouwprojecten in uitvoering kunnen worden genomen. Dat ligt tegenwoordig schrikbarend laag, ervaren de woningbouwers, en meer mogelijke bouwlocaties gaat dat niet oplossen. Het probleem zit niet alleen in het vaak genoemde capaciteitsgebrek bij gemeenten waardoor vergunning lang op zich laten wachten, gaven de aanwezigen aan. Ook de stroeve interne samenwerking binnen gemeenten blijkt regelmatig voor forse vertraging te zorgen. Er zijn binnen een gemeente altijd diverse afdelingen en diensten die een aanvraag voor een bouwproject moeten beoordelen. Waar bouwers normaal gesproken altijd één gezamenlijke reactie op een aanvraag ontvingen, blijken steeds vaker de diverse gemeentelijke onderdelen apart te reageren. Het wordt dan in feite aan de bouwer overgelaten om daar chocola van te maken. Niet zelden is dat onmogelijk omdat de diverse reacties tegenstrijdig zijn. Gevolg is dat het nog veel langer duurt dan tevoren voor plannen en locaties in uitvoering kunnen worden gebracht. Plannen kunnen zo vele maanden en soms jaren vertraging oplopen.
Om een goed inzicht te krijgen in de problematiek is het belangrijk signalen door te geven aan Jan Overtoom, regiomanager van Bouwend Nederland Randstad Noord.

Jan Overtoom senior beleidsadviseur bestuurszaken